Laaggeletterdheid
Waar gaat het over?
Veel mensen in ons land kunnen niet goed genoeg lezen, schrijven of rekenen om mee te kunnen doen. Gemeenten moeten hen helpen die vaardigheden te verbeteren.
Wettelijke bepalingen en verantwoordelijkheden
In Nederland zijn ruim 2,5 miljoen mensen laaggeletterd. En dat aantal neemt al jaren toe. Laaggeletterden kunnen wel lezen, schrijven of rekenen, maar beheersen deze basisvaardigheden niet goed genoeg om te kunnen meedoen in de samenleving. Zij kunnen vaak ook moeilijk overweg met de computer of mobiele telefoon. Solliciteren, reizen, apps gebruiken of toeslagen aanvragen is voor deze groep lastig.
Gemeenten hebben sinds 2020 de regie bij de aanpak van laaggeletterdheid. Het actieprogramma Tel mee met Taal van de Rijksoverheid ondersteunt hen daarbij, onder meer met subsidies. Doel is dat elke gemeente iedere laaggeletterde in 2024 passende hulp kan bieden om taal- en/of rekenvaardiger te worden.
Ook op grond van diverse wetten hebben gemeenten hier een verantwoordelijkheid. Zo hebben gemeenten volgens de Participatiewet de plicht om mensen die het zonder ondersteuning niet redden, te helpen op de arbeidsmarkt. In de Participatiewet is een taaleis opgenomen. Van bijstandsgerechtigden wordt verwacht dat zij moeite doen om hun taalvaardigheid te verbeteren tot een basisniveau (1F). Anders kan dat gevolgen hebben voor hun uitkering.
Met wijzigingen in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs hebben gemeenten sinds 2015 meer mogelijkheden binnen de volwasseneneducatie gekregen om laaggeletterden op maat te bedienen. Volgens de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen (2015) is de gemeente verantwoordelijk voor een lokale bibliotheek. De wet benoemt vijf maatschappelijke kernfuncties van de bibliotheek. Twee daarvan gaan over leesbevordering en bestrijding van laaggeletterdheid.
Taalvaardigheid is een belangrijke voorwaarde om zelfstandig te kunnen functioneren. Op het gebied van zelfredzaamheid hebben gemeenten ook op grond van de Wmo, de Jeugdwet, Wet Passend Onderwijs en de wet op de gemeentelijke schuldhulpverlening een verantwoordelijkheid. Deze wetgeving is erop gericht om mensen te ondersteunen om de regie over hun eigen leven te houden.
Sinds het in werking treden van de nieuwe Wet inburgering op 1 januari 2022, hebben gemeenten ook een belangrijke rol gekregen bij de begeleiding van nieuwkomers die inburgeringsplichtig zijn. Volgens de nieuwe wet zijn er drie leerroutes om in te burgeren in Nederland, waarbij het leren van de Nederlandse taal op verschillende niveaus een belangrijk onderdeel is.